In samenwerking met andere gemeenten werd door IGEMO een intergemeentelijke cel opgericht voor handhaving (IGOHC) die als doelstelling heeft het omgevingshandhavingbeleid van de deelnemende gemeenten te organiseren. Met deze georganiseerde samenwerking wil de vereniging de aanwezige kennis bundelen, om zo te streven naar een efficiënter omgevingshandhavingsbeleid en een rationalisering van de beheers- en exploitatiekosten.
Het actieplan kadert de prioriteiten van elke gemeente binnen de intergemeentelijke cel IGOHC.
Tot op heden komen de meeste schendingen aan het licht op basis van klachten en treed de gemeente reactief op. Daarom wordt met een prioriteitenbepaling gewerkt waarbij rekening wordt gehouden met het prioritair karakter van de feiten bij het doorlopen van het handhavingstraject.
Schendingen worden behandeld in functie van hun prioriteit.
Het Openbaar Ministerie en de Afdeling Handhaving van het Departement Omgeving houden rekening met de door de gemeenteraad goedgekeurde prioriteitenbepaling voor de eventuele strafrechtelijke vervolging en bestuurlijke beboeting. Zo kan tot een effectief handhavingsbeleid worden gekomen.
De prioriteiten worden bepaald op intergemeentelijk en op gemeentelijk niveau, zo kan elke gemeente eigen accenten aanbrengen.
Per gemeente worden er ook jaarlijks enkele proactieve controles uitgevoerd. Zo wordt voor iedereen duidelijk dat er aan handhaving wordt gedaan.
Het vigerende actieplan wordt jaarlijks herzien maar blijft gelden tot een nieuw actieplan wordt goedgekeurd door de gemeenteraad.
Er werd een handhavingsbeleidsplan intergemeentelijke omgevingshandhaving en een samenwerkingsprotocol uitgewerkt, dat door de gemeenteraad in maart 2017 werd goedgekeurd.
Het handhavingsbeleidsplan bevat de beleidsvisie van de gemeenten op het vlak van intergemeentelijke handhaving. De beleidsvisie wordt in een jaarlijks actieplan concreet uitgewerkt. Op basis van het actieplan wordt bepaald waarnaar de IGOHC jaarlijks streeft.
Ondanks de integemeentelijke samenwerking, is de beschikbare tijd en het beschikbare budget te beperkt om alle overtredeningen op het omgevingsrecht op te sporen en vast te stellen. Op basis van deze beperkingen wordt er derhalve met een prioriteitenbepaling gewerkt.
Een performant vergunningenbeleid kan pas slagen wanneer er ook een handhavingsbeleid tegenover staat.
Gelet op het feit dat beperkte middelen en beperkte tijd vragen om een efficiënte en realistische aanpak, wordt gewerkt met een aantal doelstellingen die in het beleidsplan zijn uiteengezet en worden prioriteiten bepaald, waaraan concrete acties worden gekoppeld in het actieplan.
In het actieplan worden de doelstellingen concreet gemaakt. De lokale prioriteiten worden bepaald.
Verder worden jaarlijks in het actieplan concrete acties uitgewerkt en bepaald waarop de IGOHC in het betreffende werkingsjaar zal inzetten.
- Het Decreet houdende intergemeentelijke samenwerking van 6 juli 2001
- Omzendbrief (BA 2002/01) van 11/01/02 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, Paul Van Grembergen.
- Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
- Het Decreet betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning van 25 april 2014.
- het Handhavingsbesluit Ruimtelijke Ordening van 9 februari 2018.
De gemeenteraad neemt kennis van het actieplan 2023 zoals opgemaakt door de Intergemeentelijke Omgevingshandhavingcel.
De gemeenteraad keurt het actieplan 2023 Intergemeentelijke omgevingshandhavingscel goed zoals toegevoegd in bijlage.
De beslissing van de goedkeuring wordt overgemaakt aan Igemo.