De gemeente wil in haar afvalbeleid een optimaal evenwicht realiseren tussen de drie doelstellingen van dat beleid:
De gemeente wil door haar afvalbeleid bijdragen tot het realiseren van de circulaire economie en de klimaatdoelstellingen en duurzame ontwikkelingsdoelstellingen waartoe ze zich heeft geëngageerd;
Hiervoor is een innovatieve en integrale aanpak – dus meer dan inzamelen en verwerken – noodzakelijk die de hele afvalbeheerhiërarchie bestrijkt (preventie, hergebruik, inzamelen, nuttige toepassing en verwijdering), die alle noodzakelijke instrumenten combineert (dienstverlening en communicatie op maat, sturende politiereglementen en belastingreglementen) en die daardoor minder geschikt is om over te laten aan de private markt;
Gelet op de deelname van de gemeente aan IVAREM voor meerdere taken betreffende afvalbeheer;
De verlenging van de deelname aan IVAREM is geagendeerd op de bijzondere algemene vergadering van IVAREM van 18 december 2020;
Artikel 423 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de gemeenteraadsbeslissing over de verlenging van de intergemeentelijke samenwerking is gebaseerd op een onderzoek, in voorkomend geval op basis van een vergelijkend onderzoek als er zich verschillende beheersvormen reëel aanbieden;
De verdere deelname van de gemeente aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband IVAREM is niet onderworpen aan de wetgeving overheidsopdrachten vermits is voldaan aan de voorwaarden van art. 30 en 31 van de wet overheidsopdrachten van 17 juni 2016 betreffende het ‘in house’-principe, wat betekent dat de gemeente geen overheidsopdracht dient uit te schrijven voor de taken die ze aan IVAREM wil overdragen;
Aangezien naast intergemeentelijke samenwerking, uitvoering in eigen beheer door de gemeente en uitbesteding door de gemeente of een combinatie van beide mogelijke beheersvormen zijn;
Aangezien de gemeente niet beschikt over het nodige uitvoerend en ondersteunend personeel, de nodige infrastructuur en het nodige materieel om de taken betreffende huishoudelijk afvalbeheer al dan niet volledig in eigen beheer uit te voeren en het niet mogelijk is die middelen op korte termijn te verwerven;
Aangezien de gemeente niet beschikt over voldoende (dienaangaande deskundig) personeel om de verschillende taken van afvalbeheer die zij niet in eigen beheer uitvoert uit te besteden en op te volgen en dat de privaatrechtelijke operatoren niet voor alle taken een gepast vervangend aanbod kunnen leveren;
Aangezien bij een uitbesteding door de gemeente ook de verborgen indirecte gemeentelijke kosten zoals die voor aanbesteding, opvolging, bestuurskosten, algemene overhead en dergelijke in rekening dienen te worden gebracht;
Aangezien uit internationaal onderzoek (zie studie VVSG) blijkt dat er geen aantoonbaar bewijs is dat uitbesteding van het afvalbeheer leidt tot mogelijke kostenbesparingen en dat uitbesteding op langere termijn, door stelselmatige verhoging van de prijzen en een feitelijke verschraling van de markt (gebrek aan mededinging), uiteindelijk meestal duurder uitvalt dan (inter)gemeentelijk beheer en meer kopzorgen oplevert dan het waard is;
Aangezien internationaal (UNEP) intergemeentelijke samenwerking als één van de instrumenten naar voor wordt geschoven om voldoende draagkracht te creëren voor een effectief en efficiënt afvalbeleid;
Aangezien uit internationaal onderzoek (zie studie VVSG) blijkt dat er wel een duidelijk aantoonbaar verband is tussen intergemeentelijke samenwerking en mogelijke kostenbesparingen;
Aangezien intergemeentelijke samenwerking op het vlak van afvalbeheer de volgende voordelen biedt voor de deelnemende gemeenten:
Aangezien 83 % van de bevolking van Vlaanderen (81 % in centrumsteden) tevreden is over de dienstverlening inzake huishoudelijk afval (gemeente- en stadsmonitor 2017) die voor 296 van de 300 gemeenten in Vlaanderen wordt verzorgd door een intergemeentelijk samenwerkingsverband;
Aangezien uittreding uit IVAREM en toetreding tot een ander intergemeentelijk samenwerkingsverband voor afvalbeheer ook een mogelijke beheersvorm is;
Artikel 420 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de gemeenteraadsbeslissing over de toetreding tot een (ander) intergemeentelijk samenwerkingsverband (voor afvalbeheer) eveneens is gebaseerd op een onderzoek, in voorkomend geval op basis van een vergelijkend onderzoek als er zich verschillende beheersvormen reëel aanbieden;
Aangezien het vergelijken van de door de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden aangerekende werkingsbijdragen zeer moeilijk is:
Aangezien de toetreding tot een andere intercommunale voor afvalbeheer ingaat tegen de beleidsdoelstellingen van de Vlaamse Regering om te komen tot homogene regio’s voor meerdere beleidsaangelegenheden (vaste regio-omschrijving);
In het Vlaams regeerakkoord wordt rond het thema Binnenlands bestuur en stedenbeleid ingezet op Regiovorming. De samenwerking van gemeenten binnen IVAREM komt grotendeels overeen met de regionale samenwerking in Rivierenland.
Aangezien in het Uitvoeringsplan intercommunale restafvaldoelstellingen zijn bepaald door het Vlaams Gewest op basis van de huidige intergemeentelijke samenwerkingsverbanden;
Aangezien de samenwerking met de verschillende beheersorganismen voor de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid contractueel langs de huidige intergemeentelijke samenwerkingsverbanden is geregeld;
Aangezien, gelet op de relevante verschillen in beleid en dienstverlening, de toetreding tot een ander intergemeentelijk samenwerkingsverband een grote impact zou hebben op de dienstverlening aan de gezinnen en aan de gemeente;
Aangezien de toetreding tot een ander, in de praktijk groter, intergemeentelijk samenwerkingsverband het relatieve aandeel en de zeggenschap en vertegenwoordiging van de gemeente zou verminderen;
Aangezien de ontzorging die IVAREM biedt niet in gelijke mate wordt geleverd door andere samenwerkingsverbanden (vooral innen contantbelastingen) waardoor bepaalde taken terug door de gemeente zelf zouden moeten uitgevoerd worden;
Aangezien de uittreding uit IVAREM en de toetreding tot een ander intergemeentelijk samenwerkingsverband aanzienlijke transactiekosten met zich zou meebrengen:
Er is een voorwaardelijk gunstige evaluatie van de werking van IVAREM (zie bijlage), volgende aandachtspunten worden weerhouden en verder opgenomen bij hernieuwing van de samenwerking:
Deze aandachtspunten zullen in dialoog met IVAREM worden opgenomen om de samenwerking te optimaliseren en versterken.
Er is een goede staat van de materiele vaste activa van IVAREM:
Er is een grote mate van ‘ontzorging’ van de gemeente door IVAREM voor haar taken in uitvoering van haar zorgplicht voor huishoudelijk afval en voor het innen van de afvalbelastingen (art. 26 Materialendecreet);
Aangezien de door IVAREM geïnde contantbelastingen ongeveer 80 % van de kosten voor huishoudelijk afvalbeheer dekken, zodat slechts ongeveer 20 % dient te worden gedekt vanuit de algemene middelen van de gemeente, waardoor die algemene middelen in hogere mate kunnen worden besteed aan andere maatschappelijke noden;
De visie van IVAREM betreft een evenwichtige verdeling (minimaal 30 %, maximaal 70 %) tussen uitvoering in eigen beheer en uitbesteden die IVAREM verplicht om aandacht te besteden aan haar kostenefficiëntie en de private dienstverleners verplicht om aandacht te besteden aan de kwaliteit van hun dienstverlening;
Het goedgekeurde ondernemingsplan 2019-2024 van IVAREM;
Uit de financiële meerjarenplanning van IVAREM voor de gemeentelijke bijdragen blijkt dat meerdere bijdragen de komende jaren dalen (restafval met 15 EUR per gezin door het wegvallen van afschrijvingen van de voorbehandelingsinstallatie (MBS) in Geel) en andere door het wegvallen van de afschrijvingen voor de zonnepanelen op de stortplaats in Lier, waardoor, ondanks de inflatie/indexeringen en de toename van de bevolking/gezinnen, de totale geraamde bijdragen tot in 2026 stabiel blijven op het niveau van 2019.
- artikel 26 van het Materialendecreet dat bepaalt dat elke gemeente er zorg moet voor dragen dat huishoudelijke afvalstoffen zoveel mogelijk worden voorkomen of hergebruikt, opgehaald, of op andere wijze ingezameld en nuttig toegepast of verwijderd;
- Artikel 423 van het Decreet Lokaal Bestuur
- Artikel 420 van het Decreet Lokaal Bestuur
De gemeente Berlaar verlengt haar deelname aan de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer (IVAREM) voor een periode van 18 jaar, meer bepaald tot 25 april 2039 en stemt in met de verlenging van de statutaire duur van IVAREM voor dezelfde periode.
De gemeente Berlaar wenst in functie van de voorwaardelijk gunstige evaluatie in dialoog te gaan met IVAREM ter verbetering van de samenwerkingsovereenkomst op basis van volgende punten:
Deze beslissing wordt ter kennisgeving meegedeeld aan IVAREM.