Wet 8 juni 2018 houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog opde bevordering van alternatieve geschillenoplossing, BS 2 juli 2018, voorziet dat de bevoegdheid van de minister van Justitie over de verzoeken tot voornaamsverandering worden overgeheveld naar de ambtenaren van de burgerlijke stand, met ingang van 1 augustus 2018.
De bevoegdheid van de minister van Justitie over de verzoeken tot voornaamsverandering werden overgeheveld naar de ambtenaren van de burgerlijke stand, met ingang van 1 augustus 2018.
De gemeenteraad beslist autonoom over de te innen retributie.
De voornaamsverandering is een nieuwe taak die door het gemeentepersoneel wordt overgenomen, het is dan ook gepast om aan de belanghebbende een retributie te vragen. Het staat de gemeente vrij het tarief te bepalen, binnen de voorziene restricties.
1. de retributie verschuldigd voor transgenders mag niet hoger zijn dan 10% van het normale door de gemeente vastgestelde tarief;
2. personen van vreemde nationaliteit die een verzoek tot verkrijging van de Belgische nationaliteit hebben ingediend en geen voorna(a)m(en) hebben bij het verzoek tot naamstoevoeging, zijn vrijgesteld van enige retributie.
De financiële toestand van de gemeente vergt de invoering van alle rendabele retributies.
De gemeenteraad keurt met ingang van 1 januari 2020 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 het retributiereglement op de aanvragen tot voornaamsverandering goed.